"Minister Jan Kees de Jager van Financiën heeft dergelijke ingrijpende maatregelen eerder deze maand in een brief aan de Kamer afgewezen. PvdA-woordvoerder Ronald Plasterk houdt echter vast aan zijn plannen voor een verbod voor accountantskantoren om bij de onderneming waar ze de controle doen ook andere diensten te verrichten."De discussie over regels voor accountants is in gang gezet door de financiële crisis van 2008. Ondanks hun inzicht in de boekhouding van banken hebben accountants in de perceptie van politiek en publiek te weinig voor de risico's gewaarschuwd. Ook de Europese Commissie zint op strengere regels. Eerder deze week lekten Brusselse plannen uit voor een strikte scheiding van advies en controle, Collega Pheijffer geeft in zijn weblog een voorproefje van wat er in Brussel is bedacht. Ook eurocommissaris Barnier bepleit een scheiding van controle en advies, in eerste instantie bij een en dezelfde controleklant. Hij gaat echter verder door te stellen dat . . .
"In addition, audit firms of significant dimension should focus their professional activity on the carrying out of statutory audit and should not be allowed to undertake other services unconnected to their statutory audit function such as consultancy or advisory services."De geschiedenis herhaalt zich, want ook al ten tijde van de boekhoudschandalen werd de combinatie van controle en advies van een accountant als een gifpil beschouwd. Ik moet daarbij wel opmerken dat er weinig empirisch bewijs dat deze combinatie nu echt zo schadelijk is. Studies van Romano en Antle vonden hier in ieder geval in die tijd geen bewijs voor.
Hoe het ook zij in juni 2002 presenteerden het NIVRA en NovAA al nieuwe onafhankelijkheidsregels conform de Europese aanbevelingen welke op 1 januari 2003 werden ingevoerd. In mijn boek "Behoorlijk Ondernemingsbestuur: Lessen uit de boekhoudschandalen uit 2003 'zei ik hierover het volgende . .
"De nieuwe richtlijnen gaan uitgebreid in op de conflicterende combinatie van controle- en adviesdiensten. In de situatie dat de accountant voor dezelfde controle cliënt overige dienstverlening uitvoert kan er sprake zijn van het risico van zelftoetsing met als gevolg dat de onafhankelijkheid wordt aangetast. Met zelftoetsing bedoelt men dat de accountant zijn eigen werk, of het werk dat is uitgevoerd door zijn kantoorgenoten, moet beoordelen. De regels zeggen hierover . . . “Dit vormt een potentiële bedreiging voor de objectieve oordeelsvorming van de accountant, ook al hoeft er in werkelijkheid geen sprake te zijn van aantasting van de objectiviteit van zijn controle.”Je kunt na deze maatregelen eigenlijk niet meer stellen dat de oorzaak van de kredietcrisis gelegen is in het feit dat de grote accountantskantoren nog steeds allerlei adviesdiensten leveren, want die zijn in aantal al vrij sterk terug gebracht.
De verantwoordelijkheden voor controle en overige diensten dienen daarom in het kantoor gescheiden te worden. Tevens dienen de dienstverlenende activiteiten besproken te worden met het toezichthoudend orgaan van de cliënt.
Van een aantal dienstverlenende activiteiten wordt aangegeven dat deze mogelijk problemen kunnen opleveren voor de onafhankelijkheid en daarom niet dienen te worden uitgevoerd. Dit zijn (1) administratieve dienstverlening, (2) juridische dienstverlening (3) bemiddeling van personeel en (4) detachering van personeel en interim management. Daar en tegen zijn ontwerp en implementatie van financiële informatiesystemen wel toegestaan, evenals waardebepaling en dienstverlening op het gebied van de interne controle.
De regels gaan in dit opzicht minder ver dan de Amerikaanse wetgeving. Men erkent wel dat de combinatie van controle en advies een probleem kan opleveren maar gaat toch veel minder ver in het verbieden ervan. Zo mag men nog steeds de volgende activiteiten uitvoeren die in de Sarbanes-Oxley wet verboden zijn: (1) het ontwerpen en invoeren van financiële informatiesystemen, (2) het waarderen of taxeren van activa en passiva, (3) actuariële diensten, (4) het verrichten van uitbestede interne audits, (5) fungeren als investeringsanalist, -adviseur of –intermediair."
Feit is ook dat de gebruikte term advies een beetje misleidend is. Wie het jaarverslag van PWC naleest ziet dat de omzet voor de helft bestaat uit controlewerk, dat belastingadvies goed is voor 30% en management advies voor 20%. Ook de andere grote accountantsmaatschappen maatschappen laten een dergelijk beeld zien.
Het beeld dat advies domineert is dan ook niet juist, de grote kantoren, maar ook de kleine leveren fiscale diensten die nauw gerelateerd zijn aan het controlewerk en daarnaast ook nog management advies. Het is overigens al een goed gebruik dat accountantsfirma's bij beursgenoteerde ondernemingen niet langer bij één en hetzelfde bedrijf zowel de boekhouding mogen controleren als niet-boekhoudkundige adviezen leveren. Voor het MKB is de situatie geheel anders omdat daar de opdrachtgever juist wel controle en advies gecombineerd wil zien.
De vraag die resteert is wat dan de reden is om advies nu helemaal te gaan verbieden voor de grote accountantskantoren? Gaat het niet wat ver om de perceptie van Kamerleden als de heer van Vliet van de PVV als maatgevend te beschouwen? Zie bijgaand citaat uit het artikel van het FD . .
Van Vliet: 'De controlerend accountant moet volstrekt onafhankelijk zijn. Dat betekent dat hij niet ook nog een vette adviesopdracht voor een collega binnensleept, waarmee hij zijn winstaandeel in de maatschap opkrikt.'Nu is het nogal makkelijk om de PVV af te branden,want daar ontbreekt het wel vaker aan kennis van het onderwerp, maar ook commissaris Barnier kan er wat van. Het ontbreekt ook bij hem aan een goede onderbouwing en ook hij redeneert klaarblijkelijk vanuit de onderbuik.
Is de reden voor het vermeende slecht functioneren van accountants in de kredietcrisis nu echt die combinatie van controle en advies? Wat voor bewijs is daar voor?
Rest mij nog op te merken dat het populisme overheerst en dat de ratio tegenwoordig ontbreekt in het politieke debat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten